Booktrailer

Let op!

Klik op de plaatjes voor een grotere/schermvullende afbeelding.

maandag 22 juli 2013

Voortgang!


Het is u waarschijnlijk opgevallen, maar er is inderdaad enige vertraging opgetreden in de voortgang van Ferguut. Dat spijt mij zeer, maar er is wel een plausibele verklaring voor.
Ik heb namelijk een idioot half jaar achter de rug, waarvan ik - toen ik dit weblog in juni vorig jaar online zette - geen flauw vermoeden had.
Ik had toen verder niet veel omhanden en was werkelijk in de veronderstelling dat - mede door de gulle bijdragen van u allemaal - het werk aan Ferguut in een maand of vier/vijf wel afgerond had kunnen zijn, maar de werkelijkheid bleek veel weerbarstiger.

Behalve de twee boeken waar ik in een vorig bericht al over verteld heb, kwam er ook nog een godsdienstmethode met ruim 30 illustraties bij, plus een geweldig leuke klus, die ik absoluut niet kon weigeren. 
Die godsdienstopdracht kwam trouwens niet geheel onverwacht, omdat ik me daar een jaar of drie geleden al aan had gecommitteerd; daar kon ik niet onderuit en moest ik dus gewoon doen. 
Ook al komt iets dergelijks vrijwel nooit op mijn pad, het was zeker niet oninteressant om te doen, omdat ik in veel gevallen een oplossing zocht in aansprekende voorbeelden uit de (christelijke) kunstgeschiedenis. 

naar het 12de eeuws timpaan boven het hoofdportaal van de abdijkerk van Conques

naar een 13de eeuws mozaïek in de San Marco van Venetië

De weegschaal hieronder is ontleend aan een ets van Dürer.


Gewogen en te licht bevonden

De andere klus kwam van de stadsarcheoloog van Vlaardingen. 
In 2008 had ik al eens eerder met hem samengewerkt (waarover u hier alles kunt lezen) en dit keer vroeg hij me of ik een serie van 12 illustraties  wilde maken, waarin ook nu weer de vroegste geschiedenis van de stad, met als belangrijkste gebeurtenis de slag van Vlaardingen in 1018, moest worden verbeeld. En dan ook weer in dezelfde stijl als de vorige keer, maar dan wat meer vereenvoudigd. Dit omdat de tekeningen van grote(re) afstand nog goed moesten kunnen worden onderscheiden. 
De bedoeling was namelijk dat de serie zou worden gemonteerd in een (door Royal Eijsbouts in Asten) nog te maken klok met een doorsnede van ongeveer 1.85 m. Deze klok was gepland ter hoogte van de eerste etage in de grote ontvangsthal van de nieuwbouw van het stadskantoor van Vlaardingen.
U zult begrijpen dat ik hier met groot plezier aan heb gewerkt.
Ziehier het resultaat en twee impressies van de toepassing.

De vroegste geschiedenis van Vlaardingen in 12 scènes

Op zaterdag 15 maart was hij voor het eerst te zien voor het publiek tijdens de open dag van het nieuwe stadskantoor. Ik ben zo vrij geweest om de foto's van de website van de Historische Vereniging Vlaardingen te "lenen". Met dank aan de fotograaf, die mij helaas onbekend is, omdat er geen naamsvermelding bij stond.



Ziedaar de oorzaken van de vertraging aan het werk aan Ferguut.

Maar er is ook goed nieuws. De laatste weken ben ik in de gelegenheid geweest om onbekommerd en ongestoord met Ferguut bezig te kunnen zijn, waardoor ik grote vorderingen heb kunnen maken. Sterker nog, alle illustraties die nog gemaakt moesten worden, zijn in ieder geval in opzet klaar. De initiaal is gerestaureerd, waarbij de ridder enigszins is aangepast aan het uiterlijk van mijn eigen Ferguut. 
De initiaal is uitgevoerd in aquarel en o/i-inkt. De blaadjes zijn opgehoogd met gesso en daarna verguld met bladgoud, evenals het kader rondom de letter en de achtergrond van de miniatuur zelf.



Verder ontbraken er nog een tiental hoofdstukopeningen en wat ander "strooigoed", die er nu ook allemaal in opzet zijn en waarvan ik alleen deze twee ijselijke dwergen laat zien. 



Een andere kleine illustratie is die van Heer Keye, terwijl hij met een gebroken been op een schild wordt weggevoerd na door Ferguut te zijn verslagen op het grote toernooi voor Cardoel.


Veel meer dan dit wil ik nu niet prijsgeven, misschien op een overzicht na van de drie grote platen die nog moeten worden uitgewerkt, t.w. het beleg en ontzet van Rikenstene, het grote toernooi voor Cardoel en de bruiloft.



Hoewel de oorspronkelijke planning van verschijnen in het voorjaar onhaalbaar blijkt te zijn,  ook omdat de uitwerking van de resterende illustraties nog wel enige tijd zal vergen, heb ik nu toch een helder beeld van de termijn. In overleg met de uitgever heb ik besloten om de verschijningsdatum over de zomervakantie heen te tillen en te mikken op de kinderboekenweek en/of Sinterklaas en Kerst. Over 2 weken is er weer een bijeenkomst bij de uitgeverij, waarbij we o.a. hierover uitgebreid van gedachten zullen wisselen. Ik hoop dat dit u niet al te zeer teleurstelt, maar liever neem ik meer tijd om het werk met aandacht en precisie af te maken dan om het snel af te raffelen. Dat zou ik niet voor mijn rekening willen nemen. 
En wie weet wordt er dan ook gesproken over die zo gewenste luxe editie.
Nee, dit is geen foto van deze editie, maar een digitale mock-up/beeldbewerking, gemaakt door Daan van Paridon. Maar het ziet er wel zeer verleidelijk uit, als je het mij vraagt.


En tot slot van deze aflevering iets geheel anders. Mijn vorige bericht sloot ik af met de belofte dat ik de volgende keer iets zou vertellen over een andere vorm van inspiratie die mijn Ferguut veroorzaakt. Bij deze dan.
Het is al een tijdje geleden, eigenlijk al toen het weblog nog niet eens zo lang in de lucht was, maar op een goede dag bracht de post een pakketje met de volgende inhoud.


Paul Toxopeus is een buitengewoon aardige vent die ik een paar jaar geleden heb leren kennen via een ander weblog dat ik bijhield, n.l. over mijn tijd als illustrator voor het Land van Ooit. Paul bleek een groot fan te zijn van Ooit, zozeer zelfs dat hij besloot het hele park in lego na te bouwen. Een waarachtig wonderbaarlijk en indrukwekkend project!! Uitgebreid te bekijken op zijn eigen website en Facebookpagina.
Vanzelfsprekend was ik zeer verguld met dit cadeautje en sindsdien staat LegoFerguut me voortdurend en gestreng, in mijn boekenkast, naast mijn computer,  te herinneren aan het feit dat ik toch vooral niet moet treuzelen met het voltooien van zijn boek.  


Maar dit is nog niet alles, want onze LegoFerguut figureert inmiddels steevast in de wereld die Paul aan het realiseren is.
Een van de Ooitse deelprojecten - naast vele andere - die Paul inmiddels in lego heeft gerealiseerd is het toernooiveld van Ooit. Hij heeft deze uitgevoerd naar analogie van mijn illustratie voor het eerste prentenboek dat ik voor Ooit gemaakt heb, n.l. Ridder Graniet. Hieronder de spread uit het boek en de versie in lego van Paul. 
En in dit veld nu heeft Ferguut een permanent verblijf gevonden. Is het niet geweldig?




zondag 21 juli 2013

Inspiratie!

Na een lange radiostilte waag ik me vandaag maar weer eens aan een uitgebreid bericht op dit weblog. Dat werd weer eens hoog tijd. 
Er is ondertussen veel gebeurd.  Ziehier de twee voornaamste oorzaken van mijn veel te lange stilzwijgen.



Het maken - of liever herzien, opfrissen van de oude uitgave uit 2000 - van Het verhaal van Sinterklaas was onderdeel van de afspraken met de Vier Windstreken over Ferguut. Dat moest dus gebeuren. Maar De aansteker, een zgn. samenleesboekje over pesten overkwam me min of meer.
Ik zal jullie een blik in het binnenwerk van beide boeken besparen want samen ging het om zo'n 45 (!) spreads (dubbele pagina's) aan illustratiewerk. In ieder geval was het een enorm karwei. 
Van het sinterklaasboek heb ik alle koppen van de zwarte pieten veranderd (een stuk of 100, schat ik), waarvan hieronder een voorbeeld te zien is. Voor en na, dus.



Ook Sinterklaas kreeg overal een opknapbeurt, want in de oude uitgave leek hij meer op een kabouter met een poncho dan op de Goedheiligman. 
Nou vooruit, ook maar een voorbeeld van één van die aanpassingen, dan.



Het lijkt me duidelijk, het was hard nodig.
Bovendien heb ik een aantal platen opnieuw gemaakt en bij andere het een en ander toegevoegd en veranderd. 
Al met al kan ik er nu beter mee leven.

En de Aansteker bleek véél meer werk dan ik ingeschat had, o.a. omdat er op meerdere pagina's een klas van ongeveer 20 kinderen moest worden afgebeeld. Gaandeweg werd het wat veel van het goede!! 
Maar goed, het is volbracht en ik hou er nu over op. Ik heb het liever over Ferguut en nu in het bijzonder over mijn  inspiratiebronnen.



Laat mij beginnen met vast te stellen dat ik beslist niet de pretentie heb een deskundige te zijn op het gebied van middeleeuwse miniatuurschilderkunst en manuscripten. Verre van, zelfs! Laten we zeggen dat ik een meer dan gemiddelde belangstelling heb voor deze kunstvorm. 

Ergens in de jaren negentig van de vorige eeuw - ik was nog niet begonnen aan mijn Ferguut - stuitte ik tijdens een bezoek aan de Frankfurter Buchmesse op de stand van een Zwitserse uitgeverij, genaamd Faksimile Verlag Luzern. Misschien is paviljoen een gepastere kwalificatie voor deze stand, want het zag er allemaal nogal voornaam en gewichtig uit. En dat had ook zo zijn reden. 
Deze uitgeverij heeft zich namelijk gespecialiseerd in het zo nauwkeurig mogelijk reproduceren van Middeleeuwse handschriften. En wel "als enige uitgeversonderneming" door "een getrouwe weergave, compromisloos en exclusief, bestemd voor verzamelaars en bibliofielen, wetenschappers en onderzoekers", zoals uitgever Urs Düggelin het omschrijft in de catalogus uit 1998, uitgegeven ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van zijn uitgeverij.

Excuseer de storende vouw in bovenstaande folder. 
Ik kon hem natuurlijk wel weg-photoshoppen, 
maar dat kost me nu iets teveel tijd
 en ik kreeg deze folders nu eenmaal zo opgestuurd; 
gevouwen en wel. 

Ik was onmiddellijk gegrepen door de kwaliteit van deze boeken en voor het eerst had ik de mogelijkheid om natuurgetrouwe replica's van originele handschriften - zoals bijvoorbeeld het Book of Kells - op mijn gemak te kunnen bekijken en doorbladeren. Maar ja, een gefacsimileerd exemplaar van van dit boek bijvoorbeeld kostte maar liefst DM 25.000,00 ("slechts" DM 19.500 bij een inschrijving vooraf; dat dan weer wel). Het werd uitgegeven in een beperkte oplage van 1480 exemplaren, compleet met een begeleidende "Kommentarband" van zo'n 400 pagina's, waarin  bijdragen van alle denkbare experts op dit gebied en een voorwoord door Umberto Eco en dit alles ook nog eens veilig en wel opgeborgen in een speciaal ontworpen "Schmuckkassette", geprägt en beslagen met motieven en vormen uit het handschrift zelf, in messing en zilver.


Zonder schmuckkassette; daar heb ik helaas geen afbeeldingen van.

Voor een eenvoudig illustrator als ik natuurlijk volkomen onbereikbaar.
Niettemin bood men mij de mogelijkheid om opgenomen te worden in hun klantenbestand, zodat ik geregeld op de hoogte zou worden gebracht van de activiteiten en nieuwe uitgaven van deze uitgeverij. Dat heb ik toen gedaan. En daar heb ik geen moment spijt van gehad, want sindsdien krijg ik op gezette tijden inderdaad mooi vormgegeven brochures en nieuwsbrieven, waarin onder meer nieuwe uitgaven worden aangekondigd. 

Enkele van de tientallen folders die ik in de loop der jaren thuisgestuurd heb gekregen.

Op deze manier raakte ik door de jaren heen aardig op de hoogte van wat er zoal aan schatten in alle mogelijke  staats-, museum-, klooster-, kerk- en universiteitsbibliotheken verborgen liggen. Werkelijk om je vingers bij af te likken.
Gelukkig geeft deze uitgeverij bij elk nieuw aangekondigd project een documentatiemap uit; een rijk geïllustreerde informatiebrochure van gemiddeld zo'n 15 pagina's over de achtergronden, bijzonderheden en productie van het betreffende handschrift, gestoken in een linnen band en voorzien van enkele - vaak 3, en dat is het aantrekkelijke - perfect gefacsimileerde, losbladige pagina's uit het betreffende boek. 


Uit de aanbiedingsfolder van de Kruisridderbijbel van Lodewijk IX (± 1250)

Zo'n documentatiemap is nog redelijk betaalbaar en op deze manier ben ik in staat geweest om een bescheiden, maar mooie collectie van (bladen uit) middeleeuwse handschriften te verzamelen. 


Een greep uit mijn collectie


Inmiddels is Faksimile Verlag Luzern Quaternio Verlag  Luzern geworden - wat daar precies gebeurd is, weet ik niet - maar de kwaliteit is onveranderd hoog gebleven en de gestage stroom aanbiedingenfolders gaat tot op de dag van vandaag onverminderd door
En in dit overstelpend materiaal nu vind ik mijn voornaamste inspiratie voor Ferguut.
Eén handschrift is van zeer groot belang geweest voor de beeldtaal die ik voor Ferguut heb gekozen en dat is de Kruisridderbijbel van Lodewijk IX, ook wel de Heilige genoemd. Uit ± 1250. 


Wederom met een storende vouw.

2 willekeurige pagina's uit het 283 afbeeldingen tellende boek

Het mooie van dit manuscript is, dat het in dezelfde tijd is vervaardigd als dat van Ferguut. Behalve dat ik de miniaturen in de Kruisridderbijbel buitengewoon fraai vind, is het dus een contemporaine - en derhalve uitgelezen - bron van inspiratie voor bijvoorbeeld het uiterlijk van de personages en dieren, de vorm van de bebouwing en de begroeiing in mijn Ferguut.
Vooral de eerste jaren dat ik aan Ferguut werkte heb ik naar hartelust geput uit deze bron. Je zou kunnen zeggen dat ik van alles bij elkaar gejat heb, maar ik zie het liever als citeren en beschouw het als een eerbetoon aan de anonieme kunstenaars - men onderscheidt 7 verschillende "handen" - die dit prachtige werk hebben uitgevoerd.
Eerst laat ik steeds voorbeelden uit de Kruisridderbijbel zien en daarna mijn eigen versie, maar wel als detail van het grotere geheel, omdat ik nog steeds niet teveel wil prijsgeven van de volledige illustraties.

Eén van de eerste dingen die me opviel in de Kruisridderbijbel was de enorme variatie aan architecturale vormen. Ook dit is waarschijnlijk het gevolg van het feit dat er meerdere illustratoren aan het werk zijn geweest.





En enkele voorbeelden van de manier waarop ik deze vormen in Ferguut heb toegepast.



Ook de manier waarop bomen en planten werden weergegeven vond ik zo bijzonder, dat ik dat graag wilde gebruiken.




De klimop aan de voet van de bomen op het tweede en derde plaatje hieronder is rechtstreeks ontleend aan het handschrift (zie het eerste plaatje hierboven), ook al is het daar nogal rudimentair.




Deze afbeelding van Koning David uit het handschrift was vermoedelijk een portret van Lodewijk de Heilige, de opdrachtgever van het handschrift.



Bij mij diende hij als voorbeeld voor het uiterlijk van Koning Arthur.

Het lastdier dat hier een geit (?) op zijn rug vervoert….


…..werd bij mij het dier dat het witte hert droeg, nadat Parsifal het gevangen had.


En de ossen van Saul uit het handschrift…..


…werden in Ferguut de beesten die de ploeg van Ferguut trokken.


Tot zover enkele voorbeelden van de manier waarop de Kruisridderbijbel in de eerste jaren vorm gaf aan mijn versie van Ferguut. 
Maar omdat ik steeds maar weer - door de folders van Faksimile Verlag - werd voorzien van nieuw materiaal, werd ik door de jaren heen ook door andere middeleeuwse handschriften danig beïnvloed.

Door de Ottheinrichbibel - voltooid in ±1530 - bijvoorbeeld.



Zelfs de gaten, die in het perkament van het originele handschrift zaten, zijn in de facsimile-uitgave aangebracht. Dat laat ik in Ferguut maar liever achterwege. 



Van deze miniaturen vind ik vooral de behandeling van de planten erg mooi.


….. dat ik dus simpelweg voor enkele van mijn illustraties gekopieerd heb.



Een ander indrukwekkend werk is het Livre de Chasse (het boek van de jacht) van Gaston Phoebus, gemaakt in 1387-1389.




Van de 87 miniaturen uit dit boek vallen mij vooral de helderheid van de kleuren en het contrast op.
En ook hier weer de manier waarop de planten en bomen, maar ook de achtergronden zijn gedaan.




Van voorbeelden uit dit boek heb ik gretig gebruik gemaakt voor de eerste scène uit Ferguut, namelijk de jacht op het Witte Hert, waarover ik hier en nu niet verder zal uitweiden, maar waarvan ik wel alvast een deel laat zien.




Er is nog één handschrift dat ik in het bijzonder wil noemen, n.l. de Luttrell Psalter, geïllustreerd in Engeland door minstens vijf mensen ergens tussen 1325 en 1335. 



Dit is naar mijn smaak één van de meest fantasievol geïllustreerde handschriften die ik ken. Ik heb nooit eerder zo'n bizarre stoet aan rariteiten voorbij zien komen, dan in dit werk. Ziehier enkele voorbeelden.







Het gaf mij in ieder geval een vrijbrief om zonder gêne te variëren en improviseren op de thema's die in mijn illustraties voor Ferguut zoal aan de orde zijn. 
Ik wil deze drôlerietjes gebruiken door het boek heen, bijvoorbeeld als hoofdstukopeningen en/of schutbladillustraties. Hier volgen er drie uit een serie van minimaal 10.  






Tot zover deze aflevering. De volgende keer zal het gaan over een andere vorm van inspiratie die onze Ferguut veroorzaakt.
En ondertussen ga ik weer gestaag verder met Ferguut.